‘Schoon’schrijven als stokpaardje (2)
‘Schrijven!’, zegt ze blij, als ze het dagprogramma voor de invalklas ziet. ’Schrijven? Blèh’, reageren er een paar als ze enthousiast wil beginnen. Een uitdaging dus, vooral de lettercombinatie die aan de beurt is in het woord ‘bril’, moeilijker kan haast niet. Het wordt tijd dat haar trukendoos opengaat. Glijbaan op, lange kop, bakje voor de regen, hangmat voor mama, hangmat voor de baby, naar beneden, stop!, glijbaan op, naar beneden, stop!, glijbaan op, lange kop en een voetje, anders valt hij om. Stip erop! Ze vinden het leuk en nu zijn ze allemaal aan het werk. Je hoort ze af en toe gniffelen als ze nog even naar het bord kijken. Letter voor letter, woordje voor woordje, regel voor regel, misschien nog wel de enige echte klassikale les in de hele school en waarschijnlijk een doorn in het oog van de onderwijsvernieuwers, maar het werkt! Ze hebben al vlug door dat je bij deze juf alle tijd krijgt, waardoor ze zelf ook wat rustiger gaan werken en dat brengt de rust die zo broodnodig is om elke letter tot een succes te maken.
Ze loopt door de klas. Voor sommige leerlingen is een compliment aan de orde van de dag, dat zie je meteen, maar de kinderen die moeite met schrijven hebben zie je in elkaar krimpen. Oh, als ze straks bij mij komt dan …. Maar bij deze leerlingen vraagt ze welke letter zij het mooiste vinden. Als ze niet kunnen beslissen kiest ze er zelf een uit en zet er een cirkel om en een krul erbij. ‘Probeer de volgende letters eens net zo mooi te maken als deze!’ En dan gaan ze weer hard aan het werk, misschien nog wel harder.
‘Ik kan het niet!’, roept er een in wanhoop door de klas. Een potlood vliegt door het lokaal en je ziet alle leerlingen schrikken, want ze weten niet hoe deze juf zal reageren. Dat valt gelukkig mee. ‘Dan doen we het even samen, Maarten’ en ze laat het kind zijn potlood oprapen en beetpakken. Ze helpt hem met de juiste greep en laat het potlood in zijn bedje tussen zijn duim en wijsvinger liggen. Zijn pols, die zo’n beetje op het punt van breken staat, laat ze lekker ontspannen door er met een vinger overheen te strijken. ‘Laat maar los, het potlood vindt het zo heerlijk in zijn bedje bij jou.’ De knak in de witte wijsvinger verdwijnt en langzamerhand stroomt het bloed weer in de vinger en in de pols komt ook eindelijk ontspanning. ‘Goed zo! Houden zo!’ Ze legt nu voorzichtig haar hand over de zijne en neemt het schrijven over. Op de kritieke punten voelt ze waarom het steeds fout gaat en legt dit even uit. ‘Laat maar gaan, ik stuur hem’ en ze beweegt hem in de goede richting terwijl ze haar verhaal doet van glijbanen op, bakjes voor de regen en lange en korte koppen. En langzamerhand voelt ze het begrip dagen: niet naar links met die hangmat voor de baby, maar naar rechts. Als hij dat eenmaal doorheeft, neemt hij zelf de beweging over en verschijnen er wél goede letters op papier. Dankbaar kijkt hij omhoog als ze zegt: ‘Kijk eens wat een mooie en die heb je helemaal zelf geschreven! Daar heb je nu al een sticker voor verdiend. En misschien komt er nog wel een bij als je zo doorgaat. ’ Zijn ogen beginnen te glimmen. ‘Nog een? Dan mag ik de volgende keer eindelijk een keer met pen!’
Als ze zit na te kijken komt Maarten binnen met zijn moeder. Maarten moest en zou haar laten zien dat hij een sticker had verdiend, verontschuldigt moeder zich. ‘Nou, dat klopt, het zijn er zelfs twee geworden’. Ze zoekt het schrift op en geeft het aan Maarten. Hij bladert het snel door en kijkt vol ongeloof: twee stickers! Maartens moeder gelooft ook haar ogen niet: ‘Heeft hij dat geschreven?’ Ze knikken allebei, de juf en Maarten. Als ze weer vertrekken, komt hij nog snel even terug rennen en geeft haar een kus op haar wang. ‘Bedankt juf’, fluistert hij, ‘ik hoop dat u gauw nog eens komt. Ik dacht dat schrijven moeilijk was, maar het valt best mee!’
In: Juf Jedermann
Tags: schrijven sticker klassikaal
blog comments powered by Disqus