Mama’s knikkerzak
‘Juf, is het al tijd?’, vraagt hij als ze langs loopt. Hij zit op de gang te werken en ze heeft niet de indruk dat het voor straf is. ‘Wat is er kerel, geen zin meer?’, vraagt juf Jedermann. ‘Nee’, zucht hij uit de grond van zijn hart. ‘Ik maak de sommen steeds fout.’ Ze schuift een stoel bij en kijkt in zijn boek. Tot haar verbazing zijn het ‘gewone’ minsommen waarvan er dertien in een dozijn gaan. Nou nee, zo simpel ook weer niet, maar hij zou ze moeten kunnen maken. ‘Maar je hebt al zo vaak eraf-sommen gemaakt. In groep 3, in groep 4, in groep 5 en nu in groep 6 weer. Die zijn toch niet nieuw voor je?’, vraagt ze verbaasd. ‘Nee’, zegt hij, ‘maar ik vind ze ‘opeeneens zo moellijk’.’
Ze wordt nieuwsgierig. Wat kan nou ineens zo moeilijk zijn aan sommen die je al jaren goed hebt gemaakt en ze bekijkt zijn schrift. De eerste som van het rijtje is goed en daarna komen de vreemde antwoorden, soms afgewisseld met een goed antwoord. En ineens ziet ze wat hij fout doet. Hij is vergeten dat je het getal na de min moet aftrekken van het getal vóór de min, soms moet je dus lenen. Hij draait de getallen gewoon om en dan zijn de antwoorden natuurlijk fout.
Medley is een groot verzamelaar van flippo’s geweest het afgelopen jaar. En nu is het een rage om er in de pauze buiten een ‘knikker’spel mee te spelen. Het verbaast haar nog steeds dat je met harde schijfjes kunt knikkeren. ‘Wat ga je in de pauze doen?’ ‘Flippoën’, zegt hij. Zijn ogen schitteren alleen al bij de gedachte, maar zijn gezicht betrekt zodra hij weer aan die onmogelijke sommen denkt. Voorlopig ziet hij zichzelf nog niet buiten spelen. ‘Heb je je flippo’s bij de hand?’, vraagt ze. Hij tovert in een mum van tijd een knikkerzak tevoorschijn. Ze heeft geen idee waar hij deze opgeborgen had, maar het moet ergens op zijn lichaam zijn geweest. Juf Jedermann pakt de zak van hem aan. ‘Zo, dat is een mooie!’ ‘Die heeft mijn moeder vroeger op school gemaakt. Ik moet er wel zuinig op zijn.’
‘Stel dat je straks naar buiten gaat met’- ze gluurt even naar de tweede som in zijn schrift - ‘96 flippo’s in deze zak. Noah speelt een paar potjes met jou en je verliest er 17. Hoeveel flippo’s zitten er dan nog in jouw zak?’ Hij kijkt even naar het plafond, ze ziet zijn lippen bewegen en hij zegt: ‘79’, want hoofdrekenen kan hij goed. Ze knikt. Juf Jedermann wijst de foute som in zijn schrift aan: 96-17= 81. Ze tekent om de 96 een knikkerzak. ‘Je hebt er 96 in de zak zitten, je verliest er 17 en dan zég je dat je er nog 79 overhebt, maar je schríjft dat je er 81 overhoudt. Wat is nou het goede antwoord?’ ‘Dat moet 79 zijn, ja toch, juf?’ ‘Ja’, zegt ze, ‘want uit een som komt altijd hetzelfde. Niet de ene dag dit en andere dag dat. Want dan zou rekenen pas echt moeilijk zijn.’ Even is het heel stil. Voor sommige leerlingen is dat een openbaring.
Als ze om het eerste getal van de volgende som weer een knikkerzak tekent, dan klaart zijn gezicht op. Hij vult het antwoord in en maakt daarna het rijtje goed af. Soms tekent hij zelf even de zak om het getal. Het tweede rijtje gaat ook goed, maar dan betrekt zijn gezicht. ‘Deze sommen kan ik niet’, zegt hij en hij wijst het derde rijtje aan. Op de plaats waar de zak moet staan, staan stipjes.
‘Jij komt binnen met je flippo’s. Ik vraag aan je ‘Heb je gewonnen, Medley?’ en jij zegt: ‘Nee juf, ik heb er 15 verloren. Ik heb er nog maar 24. Dus toen ik naar buiten ging had ik er in mijn zak …’ Ze stopt. Hij antwoordt zonder aarzelen: ‘39’. Ze tekent om de stippen heen een zak en schrijft er 39 in. ‘Juf, ik begrijp het! Ik hoef alleen maar te kijken welk getal mijn knikkerzak is! ‘Ja’, zegt ze, ‘en als het nodig is teken je hem gewoon even op de goede plaats.‘ Hij maakt z’n werk snel af en kan ruim voor de pauze al weer terug. In de klas vraagt hij zich nu vast af hoeveel flippo’s er straks na de pauze nog in zijn knikkerzak zullen zitten. Hij hoopt natuurlijk op plussommen, want die zijn niet zo ‘moellijk’!
In: Juf Jedermann
Tags: straf sommen fout rekenen pauze
blog comments powered by Disqus