De la met s- c- h
‘Ssssttt’, hoort ze fluisteren, want de juf heeft net gezegd dat het laatste woord met ‘s c h’ op het bord geschreven wordt en dat betekent dat de wedstrijd gaat beginnen: De wedstrijd van de gekleurde krijtjes! De kinderen zitten al vol spanning te wachten. Jannick en Tessa gaan naar het bord, want zij hebben van de juf allebei een krijtje gekregen in een andere kleur: rood en blauw. ‘Weten we de regels nog?‘, vraagt ze voor alle zekerheid nog even aan de hele klas, want ze zit niet bepaald te wachten op een gebroken tand of een gat in iemands hoofd. Natuurlijk weten ze die nog: niet duwen, niet rennen, niet schreeuwen. In een mum van tijd verschijnen er na het startsein op het bord cirkels in rood of blauw om elke s c h die er maar te vinden is. Het krijtje moet steeds weer doorgegeven worden aan een andere klasgenoot en weigeren mag natuurlijk niet, want dat zou de uitslag kunnen beïnvloeden. De spanning stijgt ten top. Wie nog geen beurt heeft gehad, mag zijn vinger opsteken en pas als alle vingers verdwenen zijn kan je nog een keer aan de beurt komen, misschien wel met de andere kleur. Er wordt zo goed opgelet dat de s c h in de tekst ‘Morgen geen school in verband met de studiedag’ ook wordt omcirkeld en dat mag natuurlijk. Wie gaat er vandaag winnen? Rood of blauw?
Na het hardop tellen van alle cirkels in dezelfde kleur blijkt rood de winnaar te zijn. Er wordt altijd door iedereen gejuicht als de winnaar bekend is. Als je het winnende krijtje hebt beet gehad is dat mooi meegenomen, maar verliezen kun je nooit. Als de congiërge even later binnenkomt om de nieuwe absentielijst af te geven, fluistert Ricky hem opgewonden toe: ‘Het rode krijtje heeft gewonnen!’ ‘Eh’, stamelt de arme man, ‘dat dacht ik al’ en hij verlaat verbouwereerd de klas.
Als ze ieders aandacht weer heeft, zegt ze ineens: ‘Wat zou het handig zijn om een laatje in je hoofd te hebben waarin je iets moeilijks op kunt bergen totdat je het nodig hebt. Nou, dat zou inderdaad handig zijn, daar is iedereen het over eens. Daarom besluiten ze met elkaar zo’n denkbeeldig laatje te maken, ieder in zijn eigen hoofd. Een laatje dat open getrokken kan worden om er iets in te doen en het kan natuurlijk ook weer dicht. ‘Doe je la maar open’, zegt de juf, terwijl ze het zelf voordoet. Mirjam vergist zich en trekt zonder nadenken het laatje van haar tafel open. Maar uiteindelijk kan het ritueel beginnen: in de la worden met veel show en bombarie achtereenvolgens de letters ‘s’, ‘c’ en ‘h’ gegooid en ze mogen deze letters natuurlijk als ‘es’,’see’,’ ha’ uitspreken omdat zo’n laatje je leven lang mee gaat. En als ze een paar keer achterelkaar herhaalt: Hoor je sch?’ Dan zeggen ze met elkaar: Denk aan de la met de s-c-h. Ricky heeft het helemaal door. Hij gaat steeds harder mee roepen.
Dan gaat de deur weer open. De conciërge heeft de verkeerde lijst afgegeven en ruilt hem om. Als hij langs Ricky loopt, fluistert Ricky: ‘Raad eens wat er in mijn laatje zit?’ en hij tikt veelbetekenend op de zijkant van zijn hoofd. Je kan zeggen wat je wilt, maar die man is wel adrem. ‘Het rode krijtje?’, oppert hij bloedserieus. Nu is Ricky even van de wijs, maar niet lang. ‘Nee joh, dat kan toch niet? De s-c-h!
In: Juf Jedermann
Tags: krijtjes wedstrijd regels concierge la
blog comments powered by Disqus